Overslaan en naar de inhoud gaan

Leven in armoede: een constant verlangen naar rust‏

In gesprek met Danny Trimbos en Seppe Vandeweerdt | 17 oktober 2014

Stilstaan bij armoede. Bij de betekenis van toerisme voor mensen in armoede. Bij de drempels en de kansen om mensen in armoede toegang te bieden tot vakantiebeleving. Ruim vijftig medewerkers van Toerisme Vlaanderen kwamen daarvoor op de ochtend voor de ‘Werelddag van verzet tegen armoede‘ bijeen in een ontbijtsessie. Ervaringsdeskundige Danny Trimbos en uitbater van het Gentse Hostel Uppelink Seppe Vandeweerdt getuigen. Een mens zou van minder stil worden.

Leven in armoede is leven met constante psychologische druk. De druk die voortkomt uit de altijd aanwezige vraag hoe de dag, de week, de maand rondkomen. Maar leven in armoede is tegelijk veel meer dan je plan moeten trekken met weinig geld. Het is die voortdurende strijd met jezelf en met de plek die je graag wil innemen in de samenleving, zonder dat je dat ooit maar enigszins lijkt te lukken. Het is onder meer dat, en een onnoemelijk groot verlangen naar rust. Danny’s verhaal zal nog lang blijven hangen. De boodschap is niet mis te verstaan.

Waar je geboren wordt, bepaalt wie je wordt

Om het in hedendaagse taal te vatten, gebruikt Danny de vergelijking met een computer. ‘Als je geboren wordt, ben je eigenlijk nog een lege database. En vooraleer die kan gevuld worden en gaan werken, is er een stuurprogramma nodig. Als dat stuurprogramma niet aangepast is, werkt de boel niet. Voor kinderen is dat hetzelfde. Hun stuurprogramma wordt gemaakt door de ervaring van graag gezien worden, van aandacht krijgen, je erkend te voelen, eten te krijgen. Die fundamenten hebben we nodig om later sterk in onze schoenen te staan.’

Met scheef haar en plastic zakje aan de zijlijn, observerend

‘Ik heb een Spartaanse opvoeding gehad. Wie niet horen wil, moet voelen’, vertelt Danny. ‘Als oudste zoon moest ik de vader in huis zijn. Mijn moeder is tot haar 14de in een klooster opgevoed, en daarna kreeg ze zes kinderen, een schuldenberg, een krot om met al die apen in te leven. Voor ons wat dat normaal, tot je naar school begint te gaan. Met kleren die op niks trekken, je haar scheef geknipt en een plastic zakske in plaats van een boekentas. Dat krot vond ik niet erg, ik was daar graag, ik kon me op mijn  kamer terugtrekken. Maar als je dan in de wereld komt, dan zie je al die kinderen met schone kleren, die in groepjes bijeen staan en over van alles praten waar je zelf niks van kent. Je voelt je stom, je kent niks, je mag nergens aan meedoen. Je wordt als mens uitgesloten.'

Q: "En dus sta je aan de zijlijn en kijkt toe. Je kunt niet anders dan observeren, je hoort hier en daar een stukje en je maakt daar je eigen verhaal van. En op een keer denk je dat je ’t snapt en ga je doen alsof je er ook iets van kent, van waar die andere kinderen mee bezig zijn en over praten. Dat slaat dan nergens op en dan sta je nog maar eens voor aap. Dan word je weer uitgelachen en gepest, en dat doet dan opnieuw afbreuk aan je motivatie, je participatie en zoveel meer."

Frustratie, kortsluiting

‘Je probeert van alles te doen, je laadt die harde schijf maar overvol, je processor raakt oververhit, je ventilator werkt niet meer. Je zoekt naar antwoorden. Zeg me dan iets, geef me dan een hint hoe ik het wel kan doen, straf me niet omdat ik het niet weet, dacht ik. Ik leerde niet wat ik nodig had om deftig om te gaan met de dingen, om te verstaan hoe ik me moest gedragen, om vol te houden. Als kind ben je daarin sterk afhankelijk van volwassenen, en die wisten het blijkbaar ook niet. En met al die emoties kon ik thuis ook al niet afkomen. Want ik was niet in orde met mijn werk, ik had toch die andere gast geslagen. En op school wist ik het ook niet. Ik heb niet leren communiceren, dus kwam mijn frustratie, mijn onmacht, verdriet, kwaadheid, teleurstelling, geloof, wantrouwen eruit op een manier die alleen maar kortsluiting opleverde. En uiteindelijk heb je dan je eigen normen en overtuigingen opgebouwd.'

"Niemand begreep mij, de anderen zag ik als mijn vijanden. En ik werd gezien als een agressieve zot. Maar wat ze niet zagen was dat ik op mijn manier voor rechtvaardigheid opkwam."

En dan je eigen kroost, het beter willen doen

‘Op mijn 18de had ik al mijn eerste kind. Dat zijn er in totaal acht geworden. Ik heb die natuurlijk overladen met alles wat ik niet had gehad. Maar de vaardigheden die ze nodig hebben - kunnen plannen, je weg uitstippelen, volhouden, stilstaan bij jezelf, omgaan met emoties - die heb ik ze niet kunnen geven. Waar ik in feite altijd naar op zoek ben geweest in mijn leven is rust. Een beetje ontspanning. Ik had daar geen recht op, maar ik weet: mensen hebben dat nodig. Eens die hele bazaar van deurwaarders en gedoe achterlaten. En daar is vakantie voor nodig. Een plaatsje waar je eens naartoe kunt. Maar ik wist niet hoe dat werkte, ik kende dat gewoon niet. En soms moet je daar bij het OCMW voor bidden en smeken, maar als het dan lukt kan je er naar beginnen uitkijken. Dat uitkijken alleen al is de moeite waard. Dat heb ik ook aan mijn kinderen proberen te geven.’

"Eens die hele bazaar van deurwaarders en gedoe achterlaten. Daar is vakantie voor nodig. Een plaatsje waar je eens naartoe kunt."

Vakantieplek met open deur voor mensen in armoede

Eén van de plekken waar mensen in armoede aan een betaalbare prijs terecht kunnen is Hostel Uppelink in Gent. Seppe Vandeweerdt en zijn vrouw richtten hun Hostel twee jaar geleden op. ‘Wij zien ons als sociale ondernemers. Dat is trouwens een trend die wel meer opkomt. Door via Vakantieparticipatie korting te geven aan mensen in armoede genereren wij een win-win situatie. Wij kunnen onze sociale rol waarmaken en tegelijk ook onze bedden vullen. Daarnaast raken wij op die manier ook bekend als sociale ondernemers en dat wekt sympathie op bij mensen die daar gevoelig voor zijn. En dat zijn net de mensen die wij willen verwelkomen in ons hostel.'

"Wij willen dat onze gasten overweg kunnen met verschillende doelgroepen. En als ze dat niet willen, dan zijn ze bij ons niet op hun plaats."

Vertrouwen en open communiceren

Hostel Uppelink betaalt – net zoals alle vakantieverblijven in het netwerk van Vakantieparticipatie – de korting uit eigen zak. Of hij niet bang is dat de mensen daar misbruik van gaan maken? ‘Dat is een kwestie van vertrouwen in Vakantieparticipatie’, zegt Seppe. ‘En de boel afbreken, zoals sommigen denken, gebeurt al evenmin. We hebben intussen ook wel geleerd hoe we met sociaal onaangepast gedrag kunnen omgaan. We verhuren bijvoorbeeld alleen nog per kamer, en leggen de mensen niet op slaapzalen waar andere gasten verblijven. En als er met iets wat onhandig wordt omgegaan, dan zijn we gewoon heel duidelijk, dan spreken we met de mensen.’ Dat laatste, in gesprek gaan met de mensen, vindt Danny enorm belangrijk. 

"Want dat doen we te weinig, spreken met mensen in armoede, omdat we daar een drempel voor over moeten stappen. We weten niet altijd wat we aan reacties terug kunnen verwachten. Maar je mag het niet laten, want dan neem je mensen het recht af om zich van dingen bewust te worden. Het is heel belangrijk dat je hen die spiegel geeft, op een manier dat mensen het kunnen horen. Mensen in armoede willen het meestal echt goed doen. Ze willen zich aanpassen."

Als we begrijpen wat er speelt

Je moet achter het gedrag leren kijken. Want wat je ziet is meestal niet wat er echt speelt. Uitgaven die in de ogen van gewone mensen soms heel dom overkomen, zijn vaak ingegeven door de wens gewoon te mogen zijn, erbij te kunnen horen. Zoals die smartphone, die auto, of de flatscreen televisie in de woonkamer. Danny: ‘Ja, reken zelf maar uit. Als ik met mijn acht kinderen een dag naar Walibi zou trekken, kom ik met 400 euro niet toe. Want ja, we zijn al met veel en je wilt de kinderen toch ook een frietje en een ijsje gunnen. Waarom niet, want iedereen doet dat toch? Dus denken veel gezinnen dat op reis gaan echt niet betaalbaar is. En dan wordt zo’n flatscreen tv een vervanging van alles wat ze voor de rest moeten missen.’

Vakantie, brug naar de samenleving

Leven in armoede is fundamenteel anders. ‘Het is een andere cultuur in dezelfde maatschappij. Het verdeelt de maatschappij’, zegt Danny. Eens met vakantie kunnen, doet die kloof wat zachter worden. ‘Zodat je eens wat rust in je hoofd vindt. Dat je je even niet schuldig moet voelen als ouders, en even niet moet ervaren hoe je je verlaten voelt door iedereen. Een plaatske om even te ontspannen, om tot rust te komen: dat hebben we allemaal nodig als mens. Het geeft je terug die energie om weer verder te kunnen.’

NOPIC

In gesprek met

Danny Trimbos is opgeleid ervaringsdeskundige en werkt bij vzw De Link. De Link coördineert de opleiding en tewerkstelling van ervaringsdeskundigen in armoede en sociale uitsluiting.Een deelwerking van De Link is TAO-Armoede. Zij bieden vorming, coaching en advies rond armoede via de inzet van ervaringsdeskundigen in armoede.
Seppe Vandeweerdt is uitbater van Hostel Uppelink in Gent. Hij is één van de bijna 600 toeristische aanbieders die korting geeft aan mensen met een laag inkomen.

Dit verhaal werd gepubliceerd op 17 oktober 2014 in de categorie Armoede.

Neergepend door

Griet Bouwen is Storyweaver voor het netwerk Iedereen Verdient Vakantie. Ze houdt van een hartelijk gesprek en stelt graag vragen die een verschil maken. Heb je zelf een verhaal dat je graag deelt? Contacteer onze redactie en zet je verhaal kracht bij.

Copyright © 2024 Steunpunt vakantieparticipatie | Disclaimer | Privacy |